01 november 2016

Vis

Begin jaren vijftig was "op vakantie" voor gewone werkmensen een zeldzaamheid. De meeste mensen hadden geen auto. Bij ons in de straat, waar 24 gezinnen woonden, had slechts één gezin een auto. Mijn ouders hadden in ieder geval geen auto. Maar een nichtje van mijn vader had er wel een, een Renault Dauphine. Het nichtje Thea met haar man Teun nodigden mijn ouders uit om samen op vakantie te gaan naar Duitsland. Dat soort dingen deed je om de kosten te besparen. Alleen kon je zo iets eenvoudigweg niet betalen. Dus grepen ze dat met beide handen aan. De reis, door West-Duitsland, ging zelfs tot de toenmalige Oost-Duitse grens, het Harzgebergte. De vakantie verliep niet helemaal zoals gepland. De auto bleek slecht onderhouden en diverse reparaties moesten onderweg verricht worden die gezamenlijk werden betaald. Achteraf werd het dus toch een dure vakantie en in latere jaren kan ik me niet herinneren dat ik Thea en Teun ooit nog gezien heb, de vriendschap was zeker bekoeld. Op de foto's die ik heb werd er ook nauwelijks gelachen.
Mijn ouders op vakantie in Duitsland met nicht en neef Thea &Teun

Thea&Teun met Ma bij de Renault Dauphine

Zus (waarmee ik samen op de "titelfoto" sta) en ik werden thuis achtergelaten onder toeziend oog van vrienden van mijn ouders die bij ons op de trap woonden, de familie L. Wij gingen daar ook eten. Op één van de dagen werd er vis gegeten, makreel meen ik me te herinneren. Nou was ik niet al te dol op vis, maar "thuis" hoefde ik nooit iets te eten dat ik niet lekker vond. Dat was anders bij de familie L., dáár was het gebruikelijk dat je in ieder geval iets at van wat op tafel kwam. Dat wilde ik niet, maar ik mocht niet van tafel voordat ik iets van de vis gegeten had. Nadat ik dus een tijdje als enige aan tafel had gezeten was ik het zat en smeet ik de vis op de grond. Ik mocht wel van tafel, maar kreeg verder niets meer te eten. De volgende dag, jawel hoor, stond er voor mij weer die vis op tafel. Toen al had ik een eigen willetje, de vis heb ik niet opgegeten. Wat ik er wel aan overgehouden heb is een trauma, ik lust en eet ook geen enkele vissoort. Helaas heb ik door mijn trauma mijn zoon en dochter geen vis leren eten, en dat kan best lastig zijn. Veel later (1993) heb ik voor mezelf een aardige draai aan mijn visfobie gegeven, ik ben zelf vegetariër geworden .....

Maar ik heb toch nog iets positiefs overgehouden aan de reis van mijn ouders. Toen ze terugkwamen hadden ze een cadeau voor ons meegenomen. Ik kreeg een elektrische trein van het werk Trix. Ik heb daar heel veel mee gespeeld en tot op de dag van vandaag heb ik de trein bewaard.